Het is 2 november 2013, Allerzielen. In de kerk worden de mensen die ons het afgelopen jaar zijn ontvallen herdacht. Hun namen klinken onder de gewelven, de naamkaarsen branden.Foto Jeanet de Jong
Diezelfde middag is in Delft de Koninklijke Familie met een schare vrienden en goede bekenden bijeen om prins Friso te gedenken. De camera’s staan discreet opgesteld en laten wel de foto van de prins maar niet de gezichten van Mabel, de kinderen en prinses Beatrix zien. We zien de zwarte hoed van een moeder die rouwt om het verlies van haar kind.
De dag daarvoor droeg ze een bronsbruine en vloog ze per heli naar Ameland om daar in een uur tijd een school te openen, een foto van haar vader op de rug van een Amelander in ontvangst te nemen en een loopje door de nieuwe school te maken. Ameland verheugt zich dat de prinses, haar voormalig Erf- en Vrijvrouwe, naar het eiland heeft willen komen voor de openingshandeling. In het licht van Allerzielen is dat bezoek extra bijzonder.
Niemand denkt op dat feestelijke moment van die eerste november aan de volgende dag.
Op Ameland is de stemming blij en vrolijk en vol trots.
De prinses wist maar al te goed welke hoed ze de volgende dag zou dragen. Ze dacht er misschien wel aan toen ze boven Ameland vloog. Ze realiseerde het zich wellicht op het moment dat ze de enthousiaste gezichten zag van de aanwezigen in de school. Ze wist het op het moment dat ze aan een leerling in het scheikundelokaal vroeg welke opleiding hij hierna ging volgen. En toch kwam ze en had ze belangstelling en toch vroeg ze het aan de jongen.
Jeanet F.de Jong
Geen opmerkingen:
Een reactie posten