Het is 26 november en het is donker, begin van de avond. Buiten sluit de supermarkt de deuren en haalt de DIO zijn rekken met handel binnen. Over straat lopen enkele spookachtige figuurtjes. Het zijn kinderen die hun spel spelen, die oefenen voor het grotemannenspel waar zij als kinderen ook aan mee mogen doen. Later. Als ze groot zijn. Ze hebben witte lakentjes om de smalle schoudertjes, een stok aan een touwtje om de ene pols en een toeter in de andere hand. Daar laten ze vervaarlijke geluiden uit ontsnappen.
De jongetjes, het zijn overwegend jongetjes, nemen hun spel heel serieus.
Als een vrouw uit haar auto stapt bijt een van de kleintjes haar toe: “Vrouwen motte binnen blieve!” gepaard gaand met een echte tik van de stok op haar been. “Ho, ho, zover is het nog niet,” zegt de vrouw, die weet heeft van de gebruiken op het eiland. Ameland kent een paar uren per jaar waar die regel daadwerkelijk geldt, de regel dat vrouwen niet op straat mogen lopen op straffe van een tik met een stok. “Jawel,” zegt het knaapje, dat zich niet uit het veld laat slaan door een assertieve volwassen vrouw. “Wij mogen sinds oktober oefenen!”
De pappa’s en mamma’s hebben nog wat opvoedkundige gesprekken te voeren met het grut, dat oefening en spel verwart met een vrijbrief om maar te mogen slaan. Aan de slag vaders en moeders!
Jeanet F. de Jong
Geen opmerkingen:
Een reactie posten