Afgelopen week was een wel erg drukke week. Over sommige stukken had ik veel te lang zitten epibreren, waardoor ik allengs dichter en dichter bij de deadline van Ameland InZicht nummer 29 kwam. De stukken moesten worden ingeleverd en eigenlijk schreef ik ze pas toen de ketel bol stond van de druk. Het blad komt begin oktober uit. Uiteindelijk ben ik content met mijn bijdrage, vooral die over het Kabouterdörp in het Hollumer bos. In het verhaal wordt de ontstaansgeschiedenis van het bijzondere dörpke ontsloten. Het is tevens een eerbetoon geworden aan de man die het in gang zette.Appels aan de boom
Nu al die stukken uit de pen zijn is het tijd voor rust en kalmte. Dat vind ik onder meer in mijn achtertuintje van een paar vierkante meter. Al hoe klein het ook is, er staan wel zes bomen in. Het zijn leibomen, drie appels en drie peren, die een perfect groen gordijn vormen, koelte brengen en nog vruchten opleveren bovendien. Vooral de appels dragen rijk dit jaar. De peren daarentegen staan veel dikker in het blad. In totaal tel ik maar een stuk of vijf peertjes. Voor de appeloogst heb ik al kratjes van zolder gehaald. Ze worden straks gevuld met vele tientallen vruchten. Pluktijd: oktober, staat op het label. Nu zitten de steeltjes nog goed vast en onderwijl groeien de appels met al die zonneschijn en af en toe wat water dik en blozend. Sappig en goed van smaak, belooft het label. En ze zijn goed voor de moes. Zelfbestuivend, het kan niet op. De peren zijn Conference handperen. Ze bloeiden uitbundig, maar dit jaar is geen goed perenjaar. Wel wordt het smakelijk appels eten en appeltaart en appelmoes. Iedere appel smaakt bomig, wil het gezegde ons doen geloven. We gaan het beleven. En wat de peren betreft? Als de peer rijp is, valt zij. Appels met peren vergelijken, het kan prima!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten